| intro | F F#dim C/G A7 | ||
| intro | Dm G C F Fm C |
| Niet ver hier vandaan is een straatje zo klein | C | |
| Het is eigenlijk niet meer dan een steeg. | F C | |
| Toch mag ik zo graag in dat straatje daar zijn, | G C | |
| Het is er nooit stil en nooit leeg. | D G G+ |
| Ik ben in dat steegje geboren | C Cdim C | |
| Als vrucht van een kunstzinnig heer | C F A7 | |
| Ach kon ik die hamer nog horen | Dm G | |
| De vorm zag je dan meer en meer | G C | |
| Mijn vader kreeg stof in zijn ogen | C Cdim C | |
| Hij huilde en moest snel in bad | C F A7 Dm | |
| Toen liefhebbers zich over mij bogen | F F#dim C/G A7 | |
| Nam hij er een uit het krat | Dm G C F Fm C |
| De huizen zijn oud worden toch nog bewoont | ||
| Altijd raak, naar men beweerd | ||
| En loop je voorbij, wordt een flesje ontkroont | ||
| En dan loopt je planning verkeerd |
| Ik ben in dat steegje getogen | ||
| Daar kalfde ik af tot een beeld | ||
| Al zijn vele jaren vervlogen | ||
| Ben ik uit zo'n steen opgedeeld | ||
| Hij heeft eerst op school tijd gesleten | ||
| Dat vertelt hij vaak dat ontkom je niet | ||
| Toen werkte hij met passen en meten | ||
| Maar in't steegje weet je niet wat je ziet |
| Ik ben gemaakt van steen, ik kwam los van het gruis | ||
| Het steegje beheerst vaak mijn geest | ||
| Soms op mijn sokkel, wil ik weer naar huis | ||
| Precies zoals het eens is geweest |
| Ik heb in dat steegje gestreden | ||
| Met hamer met beitel en vijl | ||
| Ik heb er gevloekt maar ook gebeden | ||
| Dat ik verkocht werd aan iemand met stijl | ||
| Vandaar zag ik eerst moeder aarde | ||
| Toen mijn ogen eindelijk konden zien | ||
| Toen Rob aan een ander gebaarde | ||
| Wil er iemand gaan schuren misschien |